JAARSTUKKEN 2018

Financiering

Financieringsvolume

Jaarlijks, bij de vaststelling van de MJPB, neemt de gemeenteraad een besluit over het financieringsvolume in het begrotingsjaar. Hierin stelt de gemeenteraad het maximale niveau vast waarvoor door het college van burgemeester en wethouders nieuwe langlopende leningen mogen worden aangetrokken.
Voor de langlopende financiering is door de raad voor het jaar 2018 een bovengrens vastgesteld van € 250 miljoen. In 2018 zijn nieuwe vaste leningen aangetrokken voor een bedrag van € 80 miljoen. De vastgestelde bovengrens is dus niet overschreden.
Voor de maximaal aan te trekken kortlopende financiering wordt door de gemeenteraad geen plafond vastgesteld, hiervoor is de kasgeldlimiet (zie hierna) bepalend.

Financiering met vast geld in het jaar 2018
Voor de financiering van de investeringen en projecten wordt, naast aangetrokken leningen, gebruik gemaakt van de interne mogelijkheden om reserves en voorzieningen in te zetten als financieringsmiddel. Het volume van de voor dit doel aangewende reserves en voorzieningen bedroeg per 1 januari 2018 respectievelijk €133.559 miljoen en € 11.757 miljoen:

Volumes en mutaties leningenportefeuille 2018
Nadat de eigen middelen (reserves en voorzieningen, zie hierboven) volledig zijn aangewend moet de gemeente voor de financiering van activa op de balans op zoek naar vreemd vermogen, van andere partijen aangetrokken leningen.
In onderstaand overzicht zijn de belangrijkste volume- en stroomgegevens met betrekking tot de vaste financiering (met daarin de financiering van de sociale woningbouw) en de door de gemeente aan derden verstrekte financiering opgenomen:

Kortlopende financiering
Bij de kortlopende financiering gaat het om het lenen van geld voor een periode van maximaal één jaar.
De gemeente trekt actief kasgeld aan op de geldmarkt, deels via geldmakelaars en deels rechtstreeks bij banken, ten behoeve van de financiering van de dagelijkse activiteiten. Een belangrijke rol is daarbij weggelegd voor de liquiditeitsprognose, de verwachting van de ontwikkelingen in inkomende en uitgaande kasstromen van de gemeente.
Daarnaast mag de gemeente bij de huisbank BNG -indien nodig- altijd nog rood staan, al is dat als gevolg van eisen van de Europese Centrale Bank wel aanzienlijk duurder dan kasgeldleningen. De aanwezigheid van deze achtervang geeft wel de zekerheid dat de gemeente altijd kan beschikken over voldoende kasgeld en aan de dagelijkse betalingsverplichtingen kan voldoen.